dinsdag 31 maart 2015

Fragmentje uit mijn manuscript (in wording)

De huizen zijn oud en verlaten. Toch is er iemand. Misschien een reiziger die een onderkomen heeft gezocht voor de nacht. Wie het ook is, Regen is van plan hem te bestelen. Ze wil zacht naar binnen sluipen, wat te eten weggrissen en zich dan verstoppen in een van de andere huizen.
De houten trap naar het huis kraakt hoorbaar onder haar voeten. Ze blijft staan en luistert. In het huis voor haar blijft het donker en stil. Behoedzaam loopt ze verder naar de deur, die ze zachtjes een zetje geeft. De deur gaat zacht krakend open.
Twee goudgele en twee groene ogen kijken haar aan vanuit de geopende ruimte. De twee goudgele ogen vernauwen zich en komen met een luide grom in beweging. Voor ze beseft wat er gebeurt, slaat ze met haar achterhoofd tegen de bovenste trede van de trap. De zware poten van een panter duwen op haar buik en een ontblote rij vlijmscherpe tanden blinkt vlak voor haar gezicht.
Regen heeft maar een paar tellen nodig om van de schrik te bekomen. Geërgerd duwt ze met één hand tegen de flank van het dier.
"Ga van me af stom beest."
"Distel blijf," commandeert de stem van een jongen.
Een magere jongen met fel groene ogen en een bos piekerig groen haar stapt naast de panter in het maanlicht.
"Wie ben je?" vraagt hij op een dreigende toon.
"Gaat je geen klap aan," antwoordt Regen, niet erg onder de indruk van de kleine jongen in niet meer dan een hemd en een onderbroek.
"Wat kom je hier doen?" vraagt hij. Hij legt zijn hand in de nek van de panter.

"Haal die lompe kat van me af en dan vertel ik je dat misschien," sist Regen.  

dinsdag 24 maart 2015

Van rok naar rokje

Lang grijs en een beetje saai. Wel chique. Dat was mijn zelfgemaakte grijze lange rok. Een beetje saai? Nou dan zetten we er toch gewoon bloemen op van zwarte stof? Dat deed ik dus. En ondanks dat ik niet helemaal tevreden was met het resultaat, droeg ik de rok toch nog regelmatig. Maar net zo regelmatig trok ik hem uit de kast, twijfelde en hing hem weer terug. De schaar er maar in dan!


Nu een stukje korter met een randje van kant eraan. Zo'n zelfde randje maakte ik ook aan de mouwtjes van mijn bolero die ik niet meer droeg, omdat de mouwen te kort waren. Dat is ook weer opgelost. Ik ben heel blij met mijn nieuwe oude outfit.

zondag 22 maart 2015

Mijn opa's schrijfmachine

Mijn opa en oma woonden in een bejaardentehuis. Met een misselijk gevoel in mijn maag van de autorit, ik werd altijd wagenziek, liep ik door de mosterdgele gangen. Het rook er muf en de stille donkere gang naar het kamertje van mijn grootouders vond ik een beetje griezelig. In het kamertje van mijn grootouders, die volgepakt stond met meubeltjes en stapels boeken, zaten mijn opa en oma geduldig op ons te wachten. Mijn opa in zijn fauteuil aan het tafeltje bij het raam, waar op de vensterbank alle geboetseerde beeldjes van mijn oma stonden uitgestald. Op het tafeltje stond vaak een half leeg gegeten bord bejaardenhuisvoedsel. De geur van slappe boontjes en oude mensen vulde de kamer. Mijn oma zat in haar eigen fauteuil bij de enorme boekenkast die zich over de volledige wand van het kamertje uitstrekte. Op het met mozaïeksteentjes ingelegde bijzettafeltje stond een kopje thee koud te worden.

Eerst even praten. Daarna mocht ik mijzelf gaan vermaken. Samen met opa bladerde ik door zijn postzegelalbums. De postzegels uit Nieuw Zeeland en Indonesië vond ik het mooist, met vrolijk gekleurde bloemen en prachtige vogels erop afgebeeld. Terwijl mijn moeder de keukenkastjes uitruimde en daar alle oude potjes jam en blikken soep die al jaren over datum waren uitviste, hield mijn vader het gesprek gaande. Ondertussen gleden mijn ogen over alle boeken in de boekenkast tot ik het prentenboek van de zwanen had gevonden. Ik nam het mee naar de slaapkamer en zocht een plekje op het hoge bed met de gehaakte sprei. Daar las ik voor de zoveelste keer het oosterse verhaal over de zwanen in de sneeuw met de prachtige prenten. Met een zucht klapte ik het boek weer dicht. Ik keek naar buiten. Hier en daar een boomtop, maar verder alleen wolken en vogels. "Opa, mag ik op de typemachine?"

Net zoals mijn moeder had gedaan toen zij klein was, tikte ik verhalen op de grote zwarte schrijfmachine. Met moeite drukte ik op de zware knoppen en langzaam ontstonden er woorden op het papier. Rakketakketak, ping!
Vanuit de woonkamer zag ik mijn opa naar mij kijken, zijn ogen glinsterden en op zijn lippen een vriendelijke glimlach.


Ik was een jaar of twaalf toen hij overleed. Hij was al ver in de negentig. Hij was mijn grote stille vriend en ik zijn kleinste kleindochter. Mijn oma gaf mij als herinnering het prentenboek met de zwanen en zijn lievelingsboeken; 'In de Ban van de Ring' van Tolkien. In de kantlijn stonden opmerkingen neergekrabbeld met een potlood. Mijn opa was vertaler geweest en zelfs in de boeken die anderen hadden vertaald, onderstreepte hij kritisch de taalfouten.

Vorige week kreeg ik van mijn ouders zomaar de oude zwarte schrijfmachine. Hij doet het niet meer en de radars zitten vol met stof. Nu prijkt hij op het tafeltje in de hal. Het zwarte zware geval, waar mijn liefde voor schrijven mee begon.

dinsdag 17 maart 2015

De lente in één week tijd

Wat een heerlijke zonnige dagen hebben we gehad. Mijn tuin leeft helemaal op. Elke dag is er weer een nieuw knopje of blaadje te ontdekken. Op de foto's zie je wat de lente in één week gedaan heeft.


De winter heeft ook zo zijn charme. Ik hou van dikke wollen truien, de koude wind op je gezicht. Je op de bank nestelen met een warme kop thee. Of die prachtige zonnige dagen met strak blauwe hemels en besneeuwde velden. Helaas waren die dagen maar schaars afgelopen winter.

De lente maakt me blij. Eindelijk weer opstaan, terwijl het buiten gewoon al licht is. Meer zonlicht, de keukendeur open als je aan het poetsen bent, vogeltjes en bloemen. Ik heb zelfs al een paar vlinders gezien!

Volgens de meteorologen is het nu lente. De winter start volgens hen op 1 december en de lente op 1 maart. Dat vind ik veel logischer dan 21 december en 21 (of is het 23?) maart. Het is zo gek dat het nog niet eens echt winter is met Sinterklaas. Of dat het nu nog steeds winter zou moeten zijn, terwijl de lente zich zo duidelijk laat zien.


Ben jij ook zo blij dat het weer lente is?

zaterdag 14 maart 2015

Wat zegt Wilg er zelf over?

Waarom loop ik toch vast? Ik weet precies wat ik wil dat er gebeurt in mijn verhaal. Wilg en Otter gaan samen op pad om Distel (de panter van Wilg) op te halen. Toch lukt het me niet om er echt voor te gaan zitten.

Tijdens de workshop op de Paul Harland Dag, kregen wij als deelnemers de tip om een keer een brief te schrijven vanuit je personage aan jou als schrijver. Leuke opdracht, maar een beetje overbodig voor mij dacht ik. Want ik heb toch ieder personage goed uitgewerkt met een moodboard en een duidelijk woordweb? Maar nu denk ik dat deze oefening misschien precies is wat ik nodig heb. Wilg is een ingewikkeld personage en ik vermijd het om vanuit zijn perspectief te schrijven.

Beste Margriet,

Je zet me voor het blok. Ik wil Bloesem niet achterlaten bij Regen. Bloesem moet voor zichzelf leren opkomen. Ik wil dat niet voor haar doen, dat maakt haar zwak. Zwak in de ogen van Regen en in haar eigen ogen. Ze is niet zwak. Ze is dapper, alleen weet ze dat zelf nog niet. Als ik haar nu achterlaat bij Regen dan gaat het misschien weer mis tussen die twee. Ik haat het dat ik er de vorige keer iets van heb gezegd, maar ik denk ook dat Bloesem mij nodig heeft om te voelen dat er iemand achter haar staat. 
Nu wil jij dat ik die twee achterlaat en samen met Otter naar Distel ga zoeken. Begrijp me goed ik kan Distel echt niet missen, maar ik denk niet dat het goed is voor een panter mee te gaan op een boot. Hij zou vrij moeten zijn. Waarom loopt hij achter mij aan? Waarom gedraagt hij zich niet zoals een wild dier? Hij hoort in het woud, niet op een boot. 
Daar sta ik dan, voor dat blok van jou. Ik wil Bloesem helpen, ik heb het beloofd en ik verbreek mijn beloftes niet. Maar Distel is mijn enige echte vriend, ik wil hem niet moeten missen. Nou wil jij dat ik hem ga halen en dan meeneem op de boot en daarom loop jij dus vast met je boek, want dat wil ik dus niet. Dat is niet goed voor hem. En als ik het hem vraag, dan gaat hij mee. Hij volgt mij, ook op die boot en dan zal ik mij schuldig voelen, dat ik hem dat aandoe. 
En dan is er ook nog Otter. Ik ken hem niet. Ik vertrouw hem niet. Waarom moet hij met mij mee? Wat wil hij dan gaan doen? Waarom helpt hij ons? En waar wil hij ons naartoe brengen met die boot van hem? 

Wilg

Tja, wat kan ik ervan zeggen? Opdracht geslaagd. Het heeft me heel veel inzicht gegeven om dit zo op te schrijven. Ik wil iets van een personage wat niet bij zijn karakter past. Dit geeft stof tot nadenken. En ik raad het iedere schrijver aan die vastloopt met zijn verhaal.

zondag 8 maart 2015

... van het zonnetje op mijn gezicht


Geluksmomentjes (hier werd ik blij van):

- van het zonnetje op mijn gezicht.
- van de viooltjes, narcissen en hyacinten in mijn tuin die elke dag nieuwe knopjes tonen. Ik kan niet wachten tot deze knopjes open barsten en de bloemen onthullen.
- van een lange wandeling in het bos met een vriendin die ik al weer veel te lang niet had gezien.
- van die twee bezoekers op mijn thema-avond op mijn werk die zo ontzettend enthousiast waren.
- van Tony's Chocolonely karamel zeezout.
- van mijn lieve man die het heel goed begrijpt als ik mijn dag niet heb en moet huilen om de domste dingen en mij dan laat weten dat het niet erg is en me wijst op de positieve kant van het gebeuren.
- van een citroenvlindertje in de tuin.
- van mijn geduldige nichtje die me probeerde te leren breien, ook al kon ik er niets van.
- van mijn attente zus die ondanks dat ze zelf een vreselijke week achter de rug heeft gehad, toch vraagt hoe het nou eigenlijk met me gaat.


maandag 2 maart 2015

Gelezen: Superhelden.nl

Geïnspireerd door de workshop van Marcel van Driel tijdens het Paul Harland Gala, kocht ik zijn boek. Ik wilde nu ook zelf lezen waar hij het over had tijdens de workshop. Het boek dat ik kocht: Superhelden.nl deel 1.


Binnen twee dagen had ik het boek uit. Het leest heerlijk weg. De vlotte schrijfstijl leest heel prettig en houdt je aandacht het hele boek vast. Het verhaal is spannend en de hoofdpersoon interessant. De schrijver gaf aan dat het boek voor de leeftijd 11+ is. Daar zou ik zelf 13+ van maken. Qua niveau is het misschien goed te lezen voor een elfjarige, maar het taalgebruik en de onderwerpen zijn naar mijn idee toch meer voor een net wat ouder publiek.

Het verhaal gaat over Iris, een meisje van dertien die na het uitspelen van een online spel, wordt ontvoerd naar een eiland waar haar training tot superheld begint. Het meesterbrein achter de organisatie laat de kinderen allerlei bloedstollende testen uitvoeren. Zijn grotere plan is voor de superhelden niet duidelijk, maar er is geen ontsnappen aan. Via een chip in hun nek worden de jongeren gedwongen de bevelen op te volgen of te sterven aan de dosis gif die via de chip in hun bloedbaan kan worden losgelaten.

Minpunt: Het meesterbrein gebruikt nogal veel referenties naar boeken en films voor zijn dodelijke testen. Sommige lezers zullen dit heel leuk vinden en de knipoog naar de beroemde titels kunnen waarderen, ik vond het zelf wat minder.